Draaigatjes dreigen de nieuwe eikenprocessierups te worden

De kans is groot dat je nog nooit van de mierensoort draaigatjes hebt gehoord, maar waarschijnlijk komt daar in de komende jaren verandering in. De kleine beestjes kunnen uitgroeien tot een ware plaag. Er zijn al kolonies aangetroffen in onder meer Wageningen, Alphen aan den Rijn en Rotterdam, maar Het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen verwacht dat de mier op meer plekken in Nederland zit. "Het draaigatje is een exotische diersoort die oorspronkelijk niet in Nederland voorkomt, maar waarschijnlijk via bloempotten is meegelift naar ons land vanuit Zuid-Europa", zegt Bastiaan Meerburg van het KAD. Naast dat de mieren kunnen bijten - de pijn is te vergelijken met een muggenbeet -, zijn de beestjes vooral berucht door hun meterslange gangenstelsels waar miljoenen nakomelingen wonen. "Nesten kunnen 120 meter lang worden." Mierensoorten die van oorsprong in Nederland voorkomen, dreigen door de superkolonies te worden verdrongen.

Samenwerken

Het KAD probeert al een tijd met gemeenten rond de tafel te gaan om mogelijke toekomstige overlast van de beestjes te voorkomen, maar die staan nog niet te springen. Zo dreigt de mier in veel gemeenten lang onder de radar te blijven en wordt die moeilijker te bestrijden. "Het is belangrijk om methodes uit te wisselen om te kijken welke het beste werkt." Zo zijn er nu gemeenten die wormpjes inzetten om de mieren te bestrijden, andere gemeenten gebruiken stoom.

Stoeptegels kunnen verzakken

Naast bijten verstoren de mieren ook de biodiversiteit en dat kun je gaan merken in de achtertuin, stelt Bastiaan Meerburg. "Draaigatjes zijn geen vijand voor de bladluis en die dreigt daardoor vrij spel de krijgen in de achtertuin. Ook kunnen stoeptegels verzakken door de lange gangenstelsels." Als er niet wordt ingegrepen kan het draaigatje uitgroeien tot de nieuwe processierups.