Dood Diya (8) was volgens inspecties niet te voorkomen, nabestaanden reageren verbaasd

De dood van de achtjarige Diya uit Rotterdam was niet te voorkomen. Dat blijkt dinsdag uit een nieuw verschenen rapport. Het meisje werd in vorig jaar door haar vader in het Maasstad Ziekenhuis neergestoken. Hulpverleners stonden op 15 maart 2019 voor de deur bij Diya's vader. Er was een klacht binnengekomen bij het meldpunt Thuis Rotterdam Rijnmond. Omdat niemand opendeed en de zorgen groot waren, schakelden ze de politie in.

Vader Diya bekent moord

Na onderzoek vonden agenten het zwaargewonde meisje op de afdeling radiologie van het Maasstad Ziekenhuis. Het lukte niet om haar te redden. Haar vader wordt verdacht van het doodsteken van zijn eigen dochter. Diya's vader heeft de moord inmiddels bekend. Woensdag staat hij voor het eerst voor de rechter in een zogenoemde pro-formazitting, waarin de zaak nog niet inhoudelijk wordt behandeld. Lees ook: Klasgenootjes en vriendjes herdenken doodgestoken Diya tijdens stille tocht

'Gezin bekend bij instanties'

Uit een reconstructie van de zaak, die NRC eerder deze week maakte, bleek dat het gezin al jaren bekend was bij politie, justitie en zorg- en hulpinstanties. Maar jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond verklaarde vorig jaar direct na het incident echter dat het gezin bij hen niet bekend was. Diya en haar gescheiden ouders stonden niet bekend als een probleemgezin. In de dagen voor haar dood voelde de vader zich bedreigd en benauwd en ging hij meerdere keren naar het ziekenhuis. Er is toen door politie, justitie en hulpinstanties niet ingegrepen. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid concluderen nu dat de signalen van onveiligheid voor Diya niet altijd voldoende zijn opgepakt door de betrokken instanties, maar de signalen gaven geen beeld van acuut gevaar voor het meisje.

'Waarom geen melding?'

Advocaat Nelleke Stolk, die de nabestaanden bijstaat, begrijpt niet dat de verschillende instanties de signalen niet hadden opgepikt. Ook snapt ze niet dat instanties niet met elkaar hebben samengewerkt. Hoewel Stolk aangeeft dat sommige gebeurtenissen kort op elkaar zijn gebeurd, had een van een instanties volgens haar een zogeheten meldcode huiselijk geweld kunnen doen. Zo'n melding moet worden gedaan als instellingen te maken krijgen met een zorgelijke situatie. "Maar als die melding niet benut wordt, komt die ook niet binnen bij Veilig Thuis en dan kan er ook niet op geacteerd worden", legt de advocaat uit. De gevolgen hiervan zijn volgens haar dan ook heel helder. "Dat zijn geen foutjes, dan zijn hele ernstige gevolgen."

Debat in gemeenteraad

Ook Tanya Hoogwerf, raadslid van Leefbaar Rotterdam, is geschrokken. "Alle verbetermaatregelen die we jaren geleden al hadden afgesproken, zijn weer niet aangekomen." Hoogwerf ziet dat partijen informatie niet hebben gedeeld of langs elkaar heen hebben gewerkt. Ook volgens haar had hier een meldcode moeten worden gedaan. "Onvoorstelbaar om iemand zo in de kou te laten staan." Ze heeft een debat in de Rotterdamse gemeenteraad aangevraagd en wil uitleg krijgen van wethouder Judith Bokhove van Jeugdzaken. Bokhove wil pas na het debat van donderdag reageren.