Persoonlijke verhalen
9 mei 2021, 20:18
Het onderzoek naar gedwongen adoptie tussen 1956 en 1984 is uitgelopen op een pijnlijke blamage. Belangenbehartiger Stichting de Nederlandse Afstandsmoeder zegt haar vertrouwen op in het onderzoek dat onder leiding staat van demissionair minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker.
Dekker gaf vorige zomer al toe dat er fouten zijn gemaakt in het onderzoek en bood hiervoor zijn excuses aan. Verhalen van kinderen en ouders die te maken hebben gehad met gedwongen adoptie bleken niet veilig bij het 'aanmeldpunt' dat voor hen is ingericht. Er werd een commissie ingesteld om te kijken wat er is misgegaan, maar nu de moeders al maanden niks hebben gehoord, is de maat voor hen vol. Stichting DNA dringt zelfs aan op een parlementaire enquête die de fouten moet blootleggen.
Onderzoekers schatten dat het om zo'n 15.000 Nederlandse kinderen gaat die in deze periode zijn overgedragen aan een adoptiegezin. Dat gebeurde vaak onder grote druk, bijvoorbeeld omdat hun moeders niet getrouwd of nog minderjarig waren. Abortus plegen was toen nog geen optie.
Afstandsmoeder Aeltsje Sierksma (73 jaar) is een van de deelnemers aan het onderzoek die zich in de kou gezet voelt. In 1967 raakt ze op haar twintigste zwanger van een Marokkaanse jongen. Een bureau voor alleenstaande, ongehuwde moeders vertelt Aeltsje destijds dat ze de baby maar beter af kon staan, maar dat wil ze niet. Dus wordt de druk opgevoerd. "Mijn ouders waren er niet blij mee. Ze hadden ook geen tijd voor een baby," vertelt ze tegen Hart van Nederland. "Het spel dat mijn ouders speelden was dat ik naar een tante in Rhenen zou gaan. Daar is mijn kind toen weggenomen." Aeltsjes vriend is inmiddels alweer verder gegaan met zijn leven.
Aeltsje herinnert zich deze periode als "een vreselijke tijd." "Ik ben op bepaalde punten ook vernederd", vertelt ze. Het is voor haar dan ook niet makkelijk om haar verhaal telefonisch te doen tegen een onbekende onderzoeker van het 'aanmeldpunt'. Maar ze heeft het er voor over. Ze hoopt dat het onderzoek, uitgevoerd door het Verwey-Jonker Instituut, eindelijk antwoorden gaat geven op de rol van de Nederlandse staat in de adoptie en of er sprake was van druk of dwang.
Als Aeltsje het verslag van haar interview later wil inzien, wordt haar verteld dat dit niet mogelijk is. Na lang aandringen krijgt ze het document toch in handen. Tot haar grote verdriet staan er cruciale fouten in. "Er staat in dat ik geen klachten heb over de procedure die jarenlang duurde om mijn kind af te staan," vertelt ze. "Ook komt het veel te zakelijk over. Ik zie mezelf er niet in terug."
Will van Sebille van Stichting DNA hoort dit soort klachten terug van meerdere moeders die aan het onderzoek hebben meegewerkt. "Deelnemers hebben het gevoel dat ze niet serieus worden genomen. Ze hebben 50 jaar met een geheim rondgelopen en praten hier voor het eerst over. Er wordt dan een rapport opgemaakt waar fouten inzitten", vertelt ze. Eerder bleek dus al dat de gegevens van de moeders niet veilig waren bij het meldpunt dat voor de moeders en kinderen is ingericht. Daarnaast zijn de moeders het wachten zat. Het onderzoek ligt volgens Sebille al maanden stil.
Stichting DNA begrijpt niet hoe het ministerie zo onzorgvuldig heeft kunnen omgaan met de verhalen van vrouwen die al zoveel hebben geleden en wil een parlementaire enquête. Tweede Kamerlid Attje Kuiken van de Partij van de Arbeid (PvdA) ziet dit in deze roerige politieke tijden niet snel gebeuren, maar pleit er wel voor het onderwerp hoog in het nieuwe coalitieakkoord te zetten. Ze noemt het verloop van het onderzoek "buitengewoon treurig" en "onbehoorlijk".
"Dekker kan het vertrouwen niet meer herstellen, dus het is goed dat er na de kabinetsformatie een andere minister mee verder gaat," zegt Kuiken. "Er moet een frisse start worden gemaakt. Alle partijen moeten weer met elkaar om tafel gaan."
Het verantwoordelijke ministerie van Justitie en Veiligheid laat in een reactie weten dat "er heel serieus naar deze moeders wordt geluisterd". "In verschillende overleggen in de afgelopen maanden hebben het ministerie en Stichting de Nederlandse Afstandsmoeders hierover gesproken en heeft het ministerie medegedeeld dat we de resultaten van de commissie in mei verwachten," aldus de woordvoerder.
Er is volgens hem geen reden om te twijfelen aan de opzet en uitvoering van het onderzoek zelf, maar dit kan pas verdergaan als de onafhankelijke commissie haar oordeel heeft geveld over het aanmeldpunt voor moeders en kinderen. "Daar wachten ook wij nu op". De minister geeft moeders die het niet eens zijn met de verslagen van hun gesprek graag de kans om deze in te zien en te wijzigen".
Heb jij een soortgelijk verhaal en wil je op zoek naar je afgestane zoon of dochter? Meld je dan aan voor 'Waar is mijn kind?' door te mailen naar petra@3ctv.nl of carine@3ctv.nl. Alle aanmeldingen worden met uiterste zorgvuldigheid behandeld.
Deel dit artikel
Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.
Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.