112
15 mei 2024, 20:10
De politie stuurt een onderhandelaar naar de groep pro-Palestijnse demonstranten die een gebouw van de Universiteit Utrecht op het Janskerkhof bezet. Volgens de politie barricaderen de betogers het gebouw met onder meer pallets. Sommigen dragen "chemisch-bestendige handschoenen" en hebben stenen bij zich, aldus de politie.
Het is onduidelijk hoeveel demonstranten er precies in het gebouw zijn. Een ANP-verslaggever ziet vanaf de buitenkant zeker vijftien tot twintig mensen staan. Buiten staan naar schatting zo'n 150 sympathisanten. Er wordt onder meer een pan met soep naar binnen getakeld.
Volgens de Universiteit Utrecht forceerden de pro-Palestijnse betogers na 15.15 uur het universiteitsgebouw op het Janskerkhof. Dat gebeurde "door zich met kracht langs een security-medewerker van de universiteit te manoeuvreren die op dat moment nog binnen was", aldus een woordvoerster.
Op het plein voor het gebouw verzamelden zich al snel vele tientallen sympathisanten. Ook het college van bestuur van de Universiteit Utrecht liet zich daar even zien. Bestuursvoorzitter Anton Pijpers zei dat de demonstranten om 19.00 uur weg moesten zijn. "Laat mij geen vervelende dingen hoeven doen", zei hij tegen de betogers.
Pijpers liet ook weten dat hij niet van plan was met hen te onderhandelen zolang er een universiteitsgebouw wordt bezet. De demonstranten reageerden daarop woedend, volgens hen zou het universiteitsbestuur hun eisen al lang moeten kennen.
Wil je dagelijks op de hoogte worden gehouden van de mooiste en meest indrukwekkende verhalen van Hart van Nederland? Meld je dan aan voor ons WhatsApp-kanaal, via deze link of volg ons op Threads, hier te vinden.
ANP
Deel dit artikel
Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.
Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.