Wie stompte en wurgde baby Elise tot ze stierf? Vader doet emotionele oproep

Wie wurgde de negen maanden oude baby Elise en stompte haar totdat ze overleden was? Op die twee vragen hoopt Dennis Smit, de vader van Elise, eindelijk antwoord te krijgen.

De moeder van de baby en haar stiefvader waren tijdens de mishandeling in de woning aanwezig. Er is onvoldoende bewijs om (een van) hen aan te wijzen als dader(s). Tot grote ergernis van Dennis en de Peter R. de Vries Foundation, die aandacht vraagt voor de cold case-zaak.

Bewuste dag

Het is 5 oktober 2015 als Dennis wordt gebeld door zijn ex dat "het niet goed gaat met zijn dochtertje Elise". Hij haast zich naar huis. Als Dennis aankomt, staat de ambulance al voor de deur bij het huis aan de Stellingmolen in Papendrecht.

"De straten stonden vol met politie. Ik kwam boven en zag de ademhalingsbuis in haar keel gaan, zo grauw van kleur. Ik dacht: dit komt niet goed. Ik krijg de beelden niet van mijn netvlies”, vertelt Dennis aan Hart van Nederland.

Diezelfde nacht wordt duidelijk dat baby Elise niet aan een natuurlijke dood is gestorven. Elise zat onder de blauwe plekken in haar nek en kaak. Ze zou door ‘wurging en stompend geweld’ om het leven zijn gebracht. En die gruwelijke toetakeling met de dood tot gevolg.

Verdachten

Een dag na Elise's dood worden haar moeder en stiefvader aangemerkt als verdachten. Zij ontkennen tot op de dag van vandaag dat ze iets met haar dood te maken hebben. Twintig rechercheurs deden uitgebreid onderzoek.

Nu, negen jaar na Elise’s dood, is er nog steeds niemand veroordeeld. Dennis: “Elise krijg ik niet terug. Ik zie het leed om mij heen van mijn ouders. Zij komen geen stap verder in hun pensioen. Ik wil hen dit besparen en dat het opgelost wordt.”

Eigen schone geweten

De Peter R. de Vries Foundation streeft naar een doorbraak in de zaak. Kelly de Vries: “Het is ontzettend belangrijk dat de dader uiteindelijk gestraft wordt. We hopen dat er mensen zijn die ons kunnen vertellen wat er die avond is gebeurd. Voor de familie, voor gerechtigheid en voor de eigen schone geweten van de dader.”