Lieke Martens: 'Men vertelde mij dat vaker trainen niet voor meisjes was'

De Nederlandse voetbalsters zijn het WK in Australië en Nieuw-Zeeland goed begonnen. De eerste groepswedstrijd werd zondag met 1-0 gewonnen van Portugal, dankzij een doelpunt van Stefanie van der Gragt. In aanloop naar het wereldkampioenschap heeft ING als partner van het Nederlandse vrouwenvoetbal onderzocht in hoeverre Nederlanders denken dat er sprake is van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in het voetbal.

Hoewel er al veel is veranderd en er veel gebeurt om de ongelijkheid te verminderen, blijkt uit het onderzoek van ING dat er nog genoeg ruimte voor verbetering is.

Zo vindt meer dan 7 op de 10 Nederlanders dat vrouwenvoetbal nog altijd achtergesteld is ten opzichte van mannenvoetbal (71,5 procent). Een ruime meerderheid (60,2 procent) is van mening dat vrouwenvoetbal meer aandacht verdient in de media en ook stelt 69,3 procent dat voetbalsters minder kansen krijgen dan voetballers. Oranje-speelster Aniek Nouwen zegt hierover: "Zelf heb ik dit ervaren toen ik op de basisschool niet mee mocht doen met een schoolvoetbaltoernooi, omdat dit voor jongens was. Meisjes mochten alleen handballen."

Het onderzoek van ING richt zich ook op de ervaringen van voetbalsters (16 t/m 29 jaar). Zij hebben nog altijd te maken met vooroordelen en negatieve stereotypering. Zo geeft meer dan twee derde (68 procent) van hen aan dat zij minder serieus worden genomen dan mannen. Ook Lieke Martens heeft hiermee te maken gehad: "Zelf wilde ik als jong meisje graag vaker trainen per week, maar men vertelde mij dat dit niet voor meisjes was!"

Meer vrouwelijke coaches en rolmodellen

44 procent van de ondervraagde voetbalsters geeft aan dat zij harder moeten werken dan mannen. De ongelijkheid uit zich volgens de voetbalsters ook in praktische zaken, zoals minder goede faciliteiten dan mannen (40,9 procent) en minder goede trainingen (44,4 procent). De behoefte aan verandering is duidelijk zichtbaar in de wensen van voetbalsters.

Zij pleiten voor meer vrouwelijke coaches in het amateurvoetbal (68,4 procent) en ze verlangen naar meer vrouwelijke rolmodellen in de voetbalwereld (68,2 procent). Bovendien ziet 67,7 procent van hen graag dat vrouwen een grotere rol spelen in het mannenvoetbal, bijvoorbeeld als scheidsrechters en coaches.

Toch is er ook al veel veranderd. ING is sinds 2010 hoofdsponsor van het Nederlands mannenelftal én vrouwenelftal en het is de ambitie van ING om, als partner van de KNVB en hoofdsponsor van het Nederlandse voetbal, bij te dragen aan gelijke kansen voor iedereen in het speelveld. In 2020 werden er gezamenlijke doelstellingen opgesteld met de KNVB over een groei van 25 procent naar 200.000 vrouwelijke KNVB-leden en 25 procent meer vrouwelijk kader bij amateurclubs.

Aan amateurclubs waarvan ING hoofdsponsor is, wordt de voorwaarde gesteld dat minimaal 25 procent van het sponsorbedrag besteed wordt aan meiden- en vrouwenvoetbal. Allemaal gericht op het bijdragen aan de verdere groei en zichtbaarheid van het vrouwenvoetbal in Nederland.

In aanloop naar en tijdens het WK Vrouwenvoetbal vraagt ING met de campagne Doelen voor Gelijke Kansen aandacht voor de ongelijkheden en uitdagingen in het Nederlandse meisjes- en vrouwenvoetbal. ING gebruikt als beeld van deze campagne voetbaldoelen met bijzonder gevormde lat en palen, die laten zien dat meisjes en vrouwen harder moeten werken en met obstakels te maken krijgen om te kunnen scoren.

Dit artikel werd aangeboden door ING. ING maakt zich als partner van de KNVB en hoofdsponsor van het Nederlands voetbal met programma’s als Niemand Buitenspel en Doelen voor Gelijke Kansen al jaren sterk voor gelijkheid in het voetbal.