Terug

Volg Hart van Nederland

Nooit meer druipende en scheef brandende kaarsen: 9 tips die écht werken

wonen

Gisteren, 20:54

Het is weer die tijd van het jaar: de dagen zijn kort, de temperatuur laag, en overal zie je kaarsen branden om een warme wintersfeer te creëren. Maar waarom branden sommige kaarsen zo ongelijkmatig? Je kent het vast wel: de ene kant smelt razendsnel terwijl de andere kant blijft staan, of het kaarsvet druipt alle kanten op behalve waar het hoort. Met deze negen praktische tips voorkom je dat gedoe voortaan!

Kaarsen zijn er ook om mensen te eren of te herdenken. Een van de mooiste tradities is de lichtjesavond in Groesbeek, waarmee op kerstavond de gevallen soldaten worden herdacht. Bekijk hierboven de reportage die we daar in 2018 maakten.

1. Laat de kaars de eerste keer lang branden

Vaak steken we een kaars aan, laten we hem een uurtje branden en blazen hem dan weer uit. Grote fout! Bij dat eerste gebruik moet je de kaars lang genoeg laten branden tot het kaarsvet helemaal tot aan de randen is gesmolten. Waarom? Dat komt doordat je kaarsvet altijd naar de weg van de minste weerstand zoekt bij het opbranden. Was dat eerder al zacht is geworden, namelijk het plasje kaarsvet rond de lont dat stolde nadat de kaars is uitgeblazen, is makkelijker om opnieuw te smelten. Daarna wordt het voor het vuur makkelijker om het kaarsvet onder de was te verwarmen dan het vet aan de zijkanten, en krijg je gegarandeerd een tunneleffect met een diepe kuil in het midden.

2. Voeg zout toe

Een effectieve manier om je kaars langer en gelijkmatiger te laten branden, is het toevoegen van wat gewoon keukenzout. Zodra je kaars brandt en er een klein poeltje gesmolten was rond de lont ontstaat, strooi je voorzichtig wat zout in dit gesmolten gedeelte. Het zout werkt als een soort vertrager in het smeltproces van de was. Hierdoor brandt de kaars niet alleen langzamer op, maar zal deze ook veel gelijkmatiger smelten. Een bijkomend voordeel is dat het zout ervoor zorgt dat eventuele walm wordt verminderd. Let wel op dat je niet te veel zout gebruikt, want dan kan de vlam instabiel worden.

3. Knip de lont af

Een van de bekendste manieren om je kaars langer en gelijkmatiger te laten branden, is het afknippen van de lont voor je hem aansteekt. Een te lange lont zorgt voor een grotere vlam, wat leidt tot snellere en ongelijkmatige verbranding. Idealiter moet je de lont steeds op ongeveer 6-7 millimeter houden, maximaal 1 centimeter. Knip de lont daarom voor elk gebruik af tot deze lengte. Let er wel op dat je dit doet als de kaars volledig is afgekoeld - anders riskeer je dat de lont in de nog zachte was wegzakt. Door dit te doen zal de vlam wel wat kleiner zijn, maar geeft het volgens Brandt Kaarsen mogelijk vier tot vijf uur aan extra brandtijd.

Tekst gaat hieronder verder.

Ontvang onze nieuwsbrief
Wil je persoonlijke en indrukwekkende verhalen, met het laatste (positieve of regionale) nieuws, tips en achtergrond, in je mailbox ontvangen? Meld je dan aan voor de nieuwsbrief.

Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.

Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.

4. Houd de kaars uit de wind

Het klinkt wellicht logisch, maar tocht is misschien wel de grootste vijand van een mooi brandende kaars. Een flakkerende vlam zorgt niet alleen voor scheef branden, maar kan ook gevaarlijk zijn. Zet je kaarsen dus niet bij open ramen of deuren, en houd ze uit de buurt van ventilatoren of airconditioning. Let ook op met het plaatsen van meerdere kaarsen dicht bij elkaar - ze kunnen elkaars luchtstroom beïnvloeden.

5. Gebruik aluminiumfolie

Gebeurt het toch onverhoopt dat je kaars hoge zijkanten heeft of scheef brandt? Geen paniek! Met een stukje aluminiumfolie los je dat zo op. Wikkel het folie voorzichtig om en over de hoogste randen, en maak het ook aan de bovenkant vrijwel dicht, met uitzondering van het midden, want de vlam moet wel kunnen branden. De folie werkt als een soort hitteschild en zorgt ervoor dat de hogere kant de warmte van de vlam extra voelt. Hierdoor krijgt de lagere kant de kans om 'in te halen' en zal de kaars weer recht gaan branden. Verwijder de folie zodra de kaars weer gelijkmatig brandt. Let wel op dat de folie niet te dicht bij de vlam komt en verwijder deze voordat hij te heet wordt.

6. Zo haal je kaarsvet makkelijk weg

Heb je kaarsvet gemorst? Geen zorgen, met deze simpele truc krijg je het makkelijk weg. Laat het kaarsvet eerst volledig uitharden en leg vervolgens een paar ijsblokjes in een plastic zakje erop om het vet te bevriezen. Hierdoor wordt het bros en kun je het voorzichtig wegschrapen met een bot mes of een spatel. Zit er nog een vlek? Leg een keukenpapiertje over de vlek en strijk er op lage temperatuur overheen om het resterende vet in het papier te trekken. Voor harde oppervlakken werkt warm water met een beetje afwasmiddel perfect om de laatste resten weg te halen. Zo is je tafel of kleed in no-time weer schoon!

7. Blaas je kaars niet uit

Het lijkt zo logisch: je blaast een kaars uit als je klaar bent. Toch is dit niet de beste methode. Door het blazen kan de nog hete lont verschuiven en verspreid je roetdeeltjes door je kamer. Die roetdeeltjes ruik je niet alleen (die typische 'uitgeblazen kaars'-geur), maar ze kunnen zich ook afzetten op je muren en meubels. Gebruik het liefst een kaarsendomper of knijp de vlam voorzichtig uit met een speciale kaarsendover. Dit zorgt niet alleen voor minder rook, maar houdt ook je lont in de perfecte positie voor de volgende keer.

8. Dek je kaars af

Als de kaars volledig is afgekoeld, is het slim om hem af te dekken. Dit voorkomt dat er stof en vuil op de was komt, wat later voor ongelijkmatige verbranding of vonkjes kan zorgen. Een simpel deksel, stolp of zelfs een mooi gekozen glazen pot, werkt perfect. Let er wel goed op dat de kaars helemaal uit en afgekoeld is voordat je hem afdekt - ook de lont moet volledig zijn afgekoeld om vastplakken te voorkomen.

9. Bewaar je kaarsen op de juiste plek

Tot slot: ook de manier waarop je je kaarsen bewaart, heeft invloed op hoe ze later branden. Kies een koele, droge plek uit direct zonlicht. Te warme temperaturen kunnen ervoor zorgen dat de was zacht wordt en vervormt, terwijl te koude temperaturen zoals in een vriezer de was kunnen laten barsten. Wikkel de kaarsen eventueel in vetvrij papier om beschadiging en stof te voorkomen en stapel ze vooral niet op elkaar omdat ze anders aan elkaar kunnen plakken of vervormen. Heb je verschillende geurkaarsen? Bewaar ze dan apart om te voorkomen dat de geuren zich mengen.

Deel dit artikel

Link gekopieerd
Ontvang onze nieuwsbrief
Wil je persoonlijke en indrukwekkende verhalen, met het laatste (positieve of regionale) nieuws, tips en achtergrond, in je mailbox ontvangen? Meld je dan aan voor de nieuwsbrief.

Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.

Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.

© 2024 Talpa Network. Alle rechten voorbehouden. Geen tekst- en datamining.